30 augustus 2010
Eigenlijk wilde ik vanavond naar de Hortus Botanicus om kroonjuweel Victoria te bewonderen. Als alles meezit bloeit ze maximaal twee dagen – of liever nachten – per jaar, las ik op de website, dus dat leek me wel een lollig uitstapje op een avond als deze. Maar toen zag ik dat de Hortus maar tot 23.00 open was en op dat moment was het al kwart over tien. Zul je ook altijd zien: laat ze overdreven lang op zich wachten om eindelijk tot volle bloei te komen, moet ik me nog haasten ook om een glimp van haar op te vangen, tussen al die honderden andere bewonderaars. Typisch een vrouw.
Zo had ik vandaag nog wel meer leuke dingen willen doen, maar met de winterse zondvloed zoals die ons de afgelopen weken overviel, valt nauwelijks iets anders te doen dan binnen zitten schrijven en lezen. Is het werkelijk augustus? Het schrijven verloopt voorspoedig, maar in verband met een nieuw project ben ik nu ook een Bouquetreeks aan het lezen (‘Bemind door de prins’ van Sarah Morgan; details volgen op een goed moment op deze site), en ik kan u vertellen dat dat een niet misselijke kwelling is. Om het leed te verzachten, heb ik tussen de regenbuien door alle boodschappen voor mijn verjaardag gedaan, zodat het de Big Five (vriend L. kan helaas niet komen, de woestijn is te ver weg) morgen aan niets zal ontbreken. Hoogtepunt gaat de béarnaisesaus worden uit het sauzenboek van Michel Roux, een klassieker die ik vanavond ter voorbereiding voor het eerst van mijn leven heb gemaakt, met mezelf als proefkonijn. En ik wil niet veel zeggen, maar ik huppel nu al een paar uur van vreugde door de kamer. Ik denk wel dat monsieur Roux tevreden zou zijn geweest.